De logica van het systeem voor het printen van een nota of een klantenbon verschilt van die voor het printen van een bestelling.

In het geval van een nota of klantenbon zijn er drie plaatsen in de backoffice waar je een printerprofiel kunt opslaan. De plaatsen zijn de Vloerplaninstellingen, de Apparaatinstellingen en de POS-configuratie-instellingen.

Het systeem controleert achtereenvolgens elke mogelijkheid, te beginnen bij de vloerplannen. Als het geen printprofiel vindt, controleert het de volgende mogelijkheid, en zo door tot er een profiel is gevonden. Dit printprofiel wordt dan gebruikt voor de respectievelijke printopdracht. De volgende grafiek illustreert de overeenkomstige hiërarchie.

Bij het printen van een orderbon zijn er drie plaatsen waaraan een overeenkomstig printprofiel kan worden gekoppeld. Orderbonnen kunnen worden toegewezen aan Iteminstellingen, Omzetgroepinstellingen en Productiecentruminstellingen.

Elke mogelijkheid wordt een voor een onderzocht, beginnend bij de items. Als het systeem geen profiel kan vinden, gaat het verder met het controleren van de volgende mogelijkheid, en zo door tot het systeem er een vindt. Dit profiel krijgt dan de opdracht om de respectievelijke printopdracht te verzenden. De volgende grafiek illustreert de overeenkomstige hiërarchie.

Het is belangrijk te begrijpen dat als een printopdracht mislukt, het betekent dat de POS geen profiel kan vinden in een van de twee genoemde gevallen.

Wat nu?

Nu je begrijpt hoe het printen werkt, kun je een printprofiel toevoegen. Bekijk Printprofielen toevoegen.

Bekijk voor meer informatie over printen met de K-Series onze tutorials over printers, productiecentra en kassabon- en factuursjablonen.