De Epson TM-U220B-printer is een impact-dot-matrix-printer. In tegenstelling tot thermische printers, worden de prints van de TM-U220B niet verkleurd door warmte, zodat deze printers bijzonder geschikt zijn voor het printen in warme ruimtes zoals keukens. Wij raden aan deze printer voor productiebonnen achter in de zaak te gebruiken, omdat impactprinters meer geluid maken dan thermische printers.

De Epson TM-U220B ondersteunt een rood en zwart inktlint en ondersteunt daarom specifieke POS-configuratie-instellingen, zoals de optie om sub-items in rood te printen.

Wat je nodig hebt

Voordat je je printer kunt configureren, heb je de volgende hardware nodig die bij de levering is inbegrepen:

Hardware

Epson TM-U220B-printer

Inktlint

Papierrol (57 x 40 mm)

Verbindingskabels

De LAN-kabel is niet inbegrepen bij je zending en moet elders worden aangeschaft. Zorg ervoor dat de kabel lang genoeg is om vanaf de printer je internetrouter te bereiken.

Stroomkabel en AC-adapter

LAN-kabel

De Epson TM-U220B-printer configureren

Sluit de printer aan op een netwerk en de stroomvoorziening

Om je printer aan te sluiten, heb je de stroomkabel en een ethernetkabel nodig.

De printer moet worden aangesloten op dezelfde router die internettoegang biedt voor je POS-apparaat, zodat de printer en de POS zich op hetzelfde netwerk bevinden.

1. Steek de stroomkabel in de AC-adapter.
2. Draai de printer ondersteboven en sluit de AC-adapter aan op het ronde stopcontact aan de onderkant van de printer.
3. Eenmaal aangesloten kan de AC-adapter in de onderkant van de printer worden gestoken, zodat de stroomkabel uit het achterpaneel komt. Draai de printer met de goede kant naar boven.
4. Steek de stroomkabel in een elektrische stroomvoorziening, zoals een stopcontact.
5. Sluit de ethernetkabel aan op de achterkant van de printer (linkerpoort) en sluit het andere uiteinde aan op een ethernetpoort van je router.

Plaats het inktlint

1. Draai de knop van de inktlintcassette met de klok mee om ervoor te zorgen dat het lint strak staat. Dit voorkomt dat het lint verdraait wanneer de cassette in de printer wordt geplaatst.
2. Open de voorklep van de printer.
3. Plaats de inktlintcassette (knop naar boven) zodat het lint zich achter de printkop bevindt, in de richting van de papierinvoer. Druk erop en hij klikt zodra hij vastzit.
4. Eenmaal op zijn plaats draai je nogmaals aan de knop van de cassette om ervoor te zorgen dat het lint zo strak mogelijk zit.
5. Sluit de voorklep.

Een papierrol plaatsen

1. Open de achterklep van de printer door de hendel aan de rechterkant van je af te duwen en de klep op te tillen.
2. Plaats de papierrol zodat het uiteinde vanaf de onderkant wordt ingevoerd. Zorg er daarbij voor dat de papierrol strak blijft zitten en niet losdraait.
3. Trek het papier aan langs het snijmechanisme aan de voorzijde van de printer.
4. Druk de klep naar beneden om deze dicht te klikken.
5. Test de printer door hem aan te zetten en op de invoerknop te drukken om er zeker van te zijn dat het papier naar behoren wordt ingevoerd. Zodra het printen begint, laat je de invoerknop los en scheur je het overtollige papier af.

Het IP-adres van de printer vinden.

Om je printer en POS te verbinden heb je het IP-adres van je printer in je netwerk nodig. Om het IP-adres te vinden print je het netwerkstatusblad:

1. Schakel de printer in en zorg ervoor dat de papierklep en de inktlintklep gesloten zijn.
2. Zoek op de achterkant van de printer de kleine resetknop.

   

3. Druk de resetknop met een paperclip, pen of soortgelijk smal object in en houd de knop ingedrukt.
4. Wacht tot het apparaat begint met printen en laat dan de resetknop los.

Op het statusblad staat het IP-adres. Bewaar deze pagina en noteer het IP-adres, dat later zal worden gebruikt.

Als het IP-adres op het statusblad 192.168.192.168 is, heb je een Default Static (standaard statisch) (niet DHCP-ingeschakelde) printer en is er een ander installatieproces nodig. Een statische printer moet handmatig verbonden worden met je netwerk via DHCP-configuratie. Zie Verbind de printer met je netwerk (alleen voor oudere printermodellen) hieronder.

• Verbind de printer met je netwerk (alleen voor oudere printermodellen)

  Als er op het netwerkstatusblad uit de vorige stap het IP-adres 192.168.192.168 staat, heb je een ouder printermodel dat bekendstaat als statisch en is deze nog niet verbonden met je netwerk. 192.168.192.168 is het standaard Epson IP-adres dat nodig is om de netwerkinstellingen van de printer te configureren. Je moet je printer handmatig met je netwerk verbinden via DHCP-configuratie.

  Om je printer op je internetnetwerk aan te sluiten, moet je tijdelijk het IP-adres op je iOS-apparaat wijzigen naar het standaard IP-adres van de printer. Vervolgens schakel je de DHCP-configuratie in om de printer een IP-adres toe te wijzen op je netwerk.

  Je iOS-apparaat tijdelijk met het IP-adres van de printer verbinden

  1. Ga op het iOS-apparaat waar vanaf je wilt afdrukken naar Instellingen > Wifi.
  2. Tik op het infopictogram naast het netwerk waarmee je verbonden bent.
  3. Tik op Configureer IP en selecteer Handmatig.
  4. Wijzig het IP-adres, subnetmasker en de router volgens het netwerkconfiguratiekaartje dat je eerder hebt geprint.
  5. Tik op Opslaan.
  6. Nu kan je iOS-apparaat met je printer communiceren en kun jij het IP-adres van je printer configureren vanaf het iOS-apparaat.

  DHCP-configuratie inschakelen

  Nu je printer en iOS-apparaat hetzelfde IP-adres hebben, kun je een DHCP-configuratie uitvoeren, zodat je de printer een dynamisch IP-adres kunt geven vanuit je netwerk.

  1. Open een nieuw browservenster op je iOS-apparaat en voer 192.168.192.168 in in het adresveld.
  2. Er verschijnt een loginvenster voor Epson-webconfiguratie. Voer in het veld username (gebruikersnaam) Epson in om in te loggen. Voer in het veld password (wachtwoord) Epson in.
  3. Vanuit het linkermenu navigeer je naar de categorie TCP/IP-instellingen om IP-instellingen te configureren.
  4. Wijzig het veld Get IP-adres (IP-adres verkrijgen) naar Auto. Het IP-adres wordt nu ingevuld. Het IP-adres is het dynamische adres dat aan je printer is toegewezen.

  Bevestig de DHCP-configuratie van de printer

  1. Draai de printer om en druk gedurende 4 seconden met een pen- of potloodpunt op de resetknop op de achterkant van de printer.
  2. Er zou automatisch een statusblad geprint moeten worden met daarop een IP-adres dat door de DHCP-configuratie is bepaald. Als de netwerkinstellingen overeenkomen met de instellingen op de TCP/IP-pagina, is de printer verbonden met je internetnetwerk en klaar om aan Lightspeed Restaurant gekoppeld te worden.

De printer aan de Lightspeed Restaurant-backoffice toevoegen

Voordat je je printer toevoegt in de backoffice, moet je ervoor zorgen dat je iPad op hetzelfde netwerk is aangesloten als je printer. Zodra je iPad en printer op hetzelfde netwerk zijn aangesloten:

1. Log in op de backoffice met je Lightspeed Restaurant-inloggegevens.
2. Selecteer in het navigatiemenu Configuratie > Printen > Printers.
3. Selecteer Printer toevoegen.
4. Geef de printer een naam (wij raden aan deze te noemen naar zijn functie of locatie, bijvoorbeeld TM-U220B-printer of Keukenprinter).
5. Voer het IP-adres van de printer in het relevante veld in.
   Let op: om Lightspeed Restaurant te verbinden met je printer moet het toegewezen IP-adres van de printer (verkregen bij Het IP-adres van de printer vinden) altijd overeenkomen met het IP-adres dat is ingevoerd in Restaurant Manager.
6. Selecteer in het vervolgkeuzemenu Stuurprogramma Epson TM-U220 (of compatibel).
7. Klik op Opslaan om te voltooien.

Een testrekening printen

Nadat je de bovenstaande stappen hebt voltooid, log je in op de Lightspeed Restaurant-app, laad je je configuratie opnieuw en print je een testrekening om er zeker van te zijn dat je printer is aangesloten.

1. Tik in de Restaurant POS-app op de knop Statusvoorbeeld (vier stipjes op de navigatiebalk).
2. Tik op Opnieuw laden om het apparaat te synchroniseren met de laatste backoffice-configuratie.
3. Selecteer in het hoofdscherm je gebruikersprofiel.
4. Tik op Instellingen in het navigatiemenu.
5. Selecteer Printerbeheer.
6. Tik onder Printers naast de nieuwe printer op Printtest om een testblad te printen.
   

   

Slaagt de testprint, dan is daarmee de basisconfiguratie van de printer voltooid. Om echter bestelbonnen te kunnen printen, moet je eerst de printprofielen en productiecentra configureren die bepalen hoe de printer in je restaurant functioneert.

Probleemoplossing

• De Epson TM-U220B heeft twee lampjes: fout en papier op. Elk lampje geeft status- of foutinformatie aan. In de onderstaande tabellen zie je een aantal van de meest voorkomende patronen van de lampjes, hun betekenis en hoe je ze kunt oplossen. Als jouw foutlampjespatroon hieronder niet wordt vermeld, raadpleeg dan de Epson TM-U220B-probleemoplossingshandleiding voor meer informatie.

Wat nu?