Om je Smart Terminal klaar te maken voor gebruik met Lightspeed Payments, moet je de terminal eerst opladen en configureren door verbinding te maken met je wifinetwerk en je winkelinformatie te bevestigen.
Zodra dat klaar is, kun je het eenvoudig verbinden met je Lightspeed-account door het te koppelen in de backoffice en het toe te wijzen aan je POS-apparaat.
Het is belangrijk dat je alleen de door Lightspeed aan jou geleverde terminal gebruikt, aangezien een van een derde verkregen terminal mogelijk niet correct is geconfigureerd voor je account en een veiligheidsrisico kan vormen.
Hardwarevereisten
Je Smart Terminal instellen
Voordat je de Smart Terminal kunt koppelen met je Lightspeed-account, moet je ervoor zorgen dat deze is opgeladen en geconfigureerd.
De Smart Terminal wordt geleverd met een USB-C-oplaadkabel en een regiospecifieke stekker. Deze kabel voldoet aan de normen van de USB-branche en UL-normen.
Gebruik altijd de oplaadkabel en de regiospecifieke stekker die door Lightspeed worden geleverd.
- Sluit de USB-oplaadkabel aan op de terminal en een stroombron. Je kunt doorgaan met de configuratie terwijl de batterij wordt opgeladen. Volg de volgende richtlijnen om schade aan de USB-C-oplaadkabel te voorkomen:
- Sluit de oplaadkabel aan door het uiteinde dat aansluit op de aansluiting of de stekker vast te houden, in plaats van aan de kabel te trekken. Verwijder de oplaadkabel op dezelfde manier. Vermijd het gebruik van overmatige kracht bij het aansluiten of verwijderen van de oplaadkabel.
- Sluit de oplaadkabel niet onder een hoek aan of verwijder de oplaadkabel niet onder een hoek. De oplaadkabel moet vrij kunnen bewegen.
- Controleer de oplaadkabel en de oplaadpoort op de betaalterminal altijd op vreemde voorwerpen of water voordat je de kabel aansluit. Als de terminal wordt gebruikt in een omgeving met een hoge luchtvochtigheid, veel stof of voedselresten, overweeg dan om een oplaadstation te gebruiken om schade aan de oplaadpoort te voorkomen.
- Houd de aan/uit-knop ingedrukt tot het scherm oplicht.
- Selecteer op het welkomstscherm de taal van je voorkeur.
Opmerking: Deze instelling kan later worden gewijzigd door naar Financiële diensten > Instellingen > Terminalinstellingen te gaan in de Lightspeed-backoffice. - Tik op de knop met de pijl naar rechts op het scherm.
Zodra je de terminal hebt aangezet en de taal van je voorkeur hebt geselecteerd, moet je de wifiverbinding configureren.
De terminal met je wifinetwerk verbinden
Om je terminal met je Lightspeed-account te verbinden, moet je ervoor zorgen dat deze via wifi met je netwerk is verbonden.
- Selecteer op het scherm Setup Wi-Fi (Wificonfiguratie) het +-teken.
- Schakel WLAN in.
- Selecteer jouw wifinetwerk in de lijst, of selecteer het +-teken en voeg de naam (SSID) van het wifinetwerk toe.
- Voer je wifiwachtwoord in en tik op Connect (Verbinden).
- Tik op OK.
Je terminal is verbonden met je netwerk als je een wifisymbool bovenaan het scherm ziet.
Een statisch IP-adres op de terminal instellen
We raden je sterk aan om bij het configureren van je betaalterminal een statisch IP-adres in te stellen. Een statisch IP-adres is een uniek, vast nummer dat aan je apparaat wordt toegekend en ongewijzigd blijft op je netwerk. Met het instellen van een statisch IP-adres hoef je je apparaat maar één keer te configureren en hoef je de betaalterminal niet zo vaak opnieuw te koppelen.
Om de terminal op een statisch IP-adres in te stellen, heb je informatie over je netwerkconfiguratie nodig. De netwerkbeheerder kan deze informatie verstrekken of log in op je router en ga naar de instellingen.
- Klik in de terminal op Settings (Instellingen).
- Selecteer Network (Netwerk).
- Voer de volgende PIN in: 5773.
- Tik op Wi-Fi (Wifi) > Settings (Instellingen).
- Tik op Edit (Bewerken).
- Tik op de pijl omhoog naast de titel Advanced Options (Geavanceerde opties) om de DHCP-menuoptie beschikbaar te maken.
- Scrol omlaag naar het DHCP-menu.
- Tik op DHCP en wissel naar Static (Statisch).
- Voer het statische IP-adres, de gateway en het netwerkvoorvoegsel in waarop je de terminal wilt instellen. De netwerkbeheerder kan deze instellingen verstrekken.
- Stel de DNS in op 8.8.8.8 en 8.8.4.4
- Klik op het groene vinkje om het op te slaan.
Je winkelinformatie op de terminal bevestigen
De terminal wordt vooraf geconfigureerd met jouw winkelinformatie. Je moet de winkel bevestigen voordat je de terminal kunt koppelen met je Lightspeed-account.
- Navigeer op de betaalterminal terug naar het hoofdmenu door op de pijl terug te tikken.
- Tik op het blauwe vinkje om de naam van je winkel te bevestigen.
Je kunt nu de terminal koppelen met je Lightspeed-account.
De terminal koppelen met Lightspeed Payments
Wanneer de terminal is verbonden met je netwerk, kun je je nieuwe betaalterminal toewijzen aan je account via het tabblad Financiële diensten.
Sommige oudere betaalterminals hebben deze optie mogelijk niet. Als je betaalterminal niet al is toegewezen aan je locatie en geen code genereert, neem je contact op met support.
- Navigeer in de backoffice naar Financiële diensten > Terminals.
- Klik op Terminal toevoegen.
- Voer de zescijferige code in die momenteel wordt weergegeven op de terminal.
- Als je meerdere locaties hebt, selecteer je de locatie waaraan de terminal moet worden toegewezen.
- Klik op Bijwerken.
Wanneer deze is toegewezen aan je locatie, voltooi je de verbinding met je account door de terminal toe te voegen aan je hardwarepagina in Lightspeed Restaurant.
- Navigeer in de backoffice naar Configuratie > Hardware > Betaalterminals.
- Klik op Terminals verversen.
Je hebt je terminal gekoppeld met je account en nu moet je de terminal toewijzen aan je POS-apparaat in backoffice.
De Smart Terminal toewijzen aan je POS-apparaat
Nu de terminal aan je account is gekoppeld, kun je de terminal toewijzen aan een POS-apparaat.
Betaalterminals kunnen met maar één POS-apparaat tegelijk gekoppeld worden.
- Navigeer vanuit de backoffice naar Configuratie > Apparaten > Apparaten.
- Klik op het apparaat waaraan je de terminal wilt toewijzen, of klik op Bewerken onder Acties naast het apparaat waaraan je de terminal wilt toewijzen.
- Gebruik het vervolgkeuzemenu naast Betaalterminal om de naam te selecteren van de terminal die je hebt gekoppeld.
- Scrol helemaal naar beneden en klik op Bijwerken.
- Klik onder Status op de knop Opnieuw laden. Je kunt ook op het apparaat zelf tikken op Instellingen > Opnieuw laden.
Je kunt nu kaartbetalingen verwerken met je betaalterminal.
Veelgestelde vragen
- Hoe schakel ik de Smart Terminal uit?
Om de terminal uit te schakelen houd je de aan/uit-knop ingedrukt totdat er een dialoogvenster verschijnt waarop je kunt bevestigen of je de terminal wilt uitschakelen.
- Kan ik de Standalone-modus inschakelen op de Smart Terminal?
Nee. Betaalterminals in de standalone-modus hebben een geïntegreerde bonprinter nodig. De standalone-modus is alleen beschikbaar op de Smart Terminal met printer en de V400m.
- Is het instellen van een statisch IP-adres optioneel?
We raden je sterk aan om bij het configureren van je betaalterminal een statisch IP-adres in te stellen. Een statisch IP-adres is een uniek, vast nummer dat aan je apparaat wordt toegekend en ongewijzigd blijft op je netwerk. Een dynamisch IP-adres daarentegen kan veranderen, bijvoorbeeld tijdens een netwerkstoring. Dit kan betekenen dat je je betaalterminals of printer opnieuw moet configureren nadat de storing is verholpen. Met een statisch IP-adres hoef je je apparaat maar één keer te configureren en kun je dat soort gedoe vermijden.
- Kan ik de standaardtaal van de Smart Terminal wijzigen?
Ja, je kunt de standaardtaal van je betaalterminals wijzigen door te navigeren naar Financiële diensten > Instellingen > Terminalinstellingen in de Lightspeed-backoffice.